Een tijdje geleden had ik mij voorgenomen om bij de bewoners de filters van de afzuigkanalen schoon te maken. Uiteraard eerst via een briefje een afspraak gemaakt.

In dat briefje had ik ook vermeld, dat ik de filters eruit haal en demonteer en dat de bewoner ze daarna afwast en deze jongen ze dan weer monteert en ze weer op hun plaats zet.

Alleen bij de mensen die niet meer kunnen helpen zou ik dan alles zelf doen, per woning zijn er vijf filters, tel erbij op dat ze zes jaar niet schoongemaakt zijn en dus lekker vet, een hele klus maar wel nodig.

Per bewoner ben ik dan zo een 20 minuten a een half uurtje bezig en sta je samen aan de aanrecht, zeg maar "Je staat samen af te wassen een huiselijk tafereeltje dus", en dan komen de verhaaltjes over het leven vanzelf. Wat me tot heden opviel was, dat over het algemeen de mensen toch zeer positief zijn in hun vertellingen, juist de mensen die al zo veel meegemaakt hebben.

Over het algemeen zijn ze wel blij dat ze een babbeltje met je kunnen maken en kletsen er op los. Zo kwam ik ook bij een echtpaar aan de deur waarvan de vrouw flink in de tachtig is en meneer een mooie leeftijd heeft van 96.

Als ik de tuin aan het besproeien ben dan komt die meneer met zijn boodschappentas op wielen langs en gaat dan zijn boodschappen doen.

Kaarsrecht loopt hij dan, nog als een kieviet, zegt altijd vrolijk goedemorgen en soms gaat hij in zijn goeie pak en met zijn koffertje "Oudjes helpen", papieren invullen.

Hij rijdt nog steeds auto, wauw dat zou ik ook wel willen als ik zo oud zou mogen worden.

 

Toen ik naar binnen stapte zij meneer tegen mij dat ze een goede thuishulp hadden en waarschijnlijk de filters wel mooi schoon waren, maar hij vond het wel goed dat ik nog even zou kijken. Nu weet ik allang dat het schoonmaken alleen aan de buitenkant werd gedaan, dus ik trek in de keuken er een filter uit, bagger vet natuurlijk!

"Nou we zullen toch aan het afwassen moeten vrouw!", zei meneer en ging een sopje maken terwijl ik de filters eruit ging halen.

Nadat ik dat gedaan had verwachtte ik mevrouw aan de aanrecht, wat bij de oudjes nog steeds algemeen het geval was, dat had ik mis, meneer zelf kwam bij me aan de aanrecht om de filters schoon te maken.

Al fluitend stond hij naast me te poetsen, met cif en een schuursponsje.

Ik stond hem eens aan te kijken en dacht "Het lijkt wel een jonge vent van 70" en trok daarbij zeker een vrolijk gezicht, want hij reageerde weer met "Sta je me uit te lachen, jongeman? Je hebt zo`n grijns op je gezicht!".

"Ik? Nee hoor! Ik zou niet durven, eigenlijk was het meer bewonderen dat u op die leeftijd dat nog allemaal doet!".

"O ja, hoe oud denk je dan dat ik ben?", vroeg hij.

"U bent 96", antwoordde ik.

Hij weer "Hoe weet jij dat nou, lopen ze hier zo over mij te kletsen?".

"Nee hoor, maar toen u een paar maanden geleden jarig was kwam uw vrouw mij een gebakje brengen  en vertelde dat u 96 was geworden ze zei ook dat ik maar niet langs hoefde te komen om te feliciteren omdat u zich niet lekker voelde!", vertelde ik hem.

"Ja dat klopt, ik was een beetje zenuwachtig omdat er ook een mevrouw zou komen van de krant en al dat gedoe iedere keer weer, als je weer een jaartje ouder wordt!"

"Nu ik heb ze weer weggestuurd en gezegd dat ze maar weer terug komt als ik 100 ben geworden", zei hij vol overtuiging.

"O u bent in ieder geval van plan om honderd te worden?", zei ik.

"Ja daar heb ik zeker zin in, maar we moeten wel gezond blijven om dat te redden en je moet ook wel een beetje geluk hebben".

"Het is ongeveer 30 jaar geleden dat ik aan de dood ontsnapt ben, ik werd ineens ziek op vakantie in Spanje, zo ziek dat ik wel naar huis moest!".

"Eenmaal thuis aangekomen meteen naar de huisarts en zijn diagnose was dat ik waarschijnlijk verkeerde dingen gegeten  had, ik klaagde over pijn in de buik, dus dan maar pillen mee en netjes de kuur afgemaakt".

"Maar ik bleef mij steeds beroerd voelen en na een week of vier werd ik zo ziek dat ik bijna in elkaar stortte, dus de huisarts gebeld".

"Het was weekend dus ik kreeg een vervangende arts en die stuurde me direct door naar het ziekenhuis met de ambulance en twee uur later lag ik in de operatiekamer voor een spoed operatie".

"Toen ik weer bijkwam vertelde de gynaecoloog, "ha, ha, ha" even een grapje er tussendoor want anders sta je zo nog te snotteren naast me, de chirurg natuurlijk zei dat ik een inwendige scheur in mijn bast had, ik weet niet meer wat het precies was maar het had geen uur langer meer mogen duren, dus ik bedoel maar je moet ook geluk hebben in je leven".

"Maar ik ben ervan overtuigd dat je ook goede zin in het leven moet hebben en niet te veel piekeren, genoeg rust nemen en vooral…." "Doorgaan!", viel ik hem in de rede.

"Nee dat is die kale tapijtverkoper, die voetbaltrainer Hughes die dacht dat hij ook nog kon zingen", grapte hij weer.

"Nou meneer ik moet u vertellen dat al sinds mijn twaalfde jaar heb ik altijd de rare eigenschap om te zeggen dat ik 104 wordt", gooide ik het op een andere boeg.

"Maar als ik u zo hoor vertellen dan heb ik nog een hele weg te gaan", opperde ik.

"Zo, zo meneer wil 104 worden, nou ja dan heb je nog ongeveer 60 tot 65 jaar te gaan", schatte hij.

Of meneer had slechte ogen of ik zie er nog zo jong uit, een vlugge rekensom en meneer schatte me dus in de veertig, nou en dat voor iemand die net vijftig geworden is.

Het was me niet opgevallen dat hij slechte ogen had dus ik hou het maar op het laatste, ja sorry je hebt kapsones of je hebt het niet. Maar goed ik heb hem eerlijk vertelt dat ik dan nog maar 54 jaar had te gaan, waarop die meneer weer een snelle rekensom maakte. "Zo dat is fraai, dus je bent 50 geworden en ik heb geen gebakje van je gehad!", plaagde hij. En zo golfde het gesprek maar op en neer, dan weer een grap en een grol en dan weer een verhaal over Indonesië waar meneer gewoond had.

Het was gewoon fijn om met deze man aan de aanrecht te staan prossen over allerlei dingen en of het nou de hoge leeftijd was of gewoon de goeie dag, ik kreeg steeds meer respect voor deze man. Hij was gewoon blij en opgewekt, had een goeie kijk op alles wat hij in de wereld tegen was gekomen en gunde dat ook aan iedereen en alles op deze aardbol.

Zo was ook de maximale tijdsduur van de afspraak al lang reeds verdubbeld en moest ik de raceschoenen aantrekken om de andere afspraken  nog op tijd af te krijgen.

 

Groetjes, de oudjeswachter.