Ik was zoals gewoonlijk op dinsdag huisvuil aan het ophalen met mijn kar toen ik op de galerij een mevrouw tegen kwam, die nogal verdwaasd voor haar huisje stond te draaien.

“Goedemorgen mevrouw”, zei ik tegen haar.

“Dag meneer, ik kan niet zien wie u bent want ik ben mijn bril kwijt”.

“Ik ben de huismeester”.

“O, ja ziet u mijn bril ligt daar ginder ergens in de bosjes want ik ben gevallen, dus ik zie niet goed wie u bent”.

Haar gezicht was inderdaad kapot en ze probeerde met knijpoogjes wat te zien.

“En de bril is niet meer te vinden, mevrouw?”

“Nee hoor we hebben nog gezocht maar hij was onvindbaar”.

“Maar komt u binnen als u toch bij mij moet zijn”.

“Nee hoor ik ben huisvuil aan het ophalen, dus ik ga weer verder”.

“Kijk ik zie wel niet zo goed maar u kunt rustig naar binnen komen”, zei mevrouw weer.

“Ja maar mevrouw, ik hoef helemaal niet bij u te zijn ik kwam alleen maar langs om huisvuil op te halen”.

“Ja, ja ik mag dan wel slecht zien, maar ik ben niet doof hoor dat zei u net ook al”.

“Maar komt u maar even want ik ga toch nergens naar toe”.

Wat moest ik nu, mee naar binnen gaan maar ik had binnen niets te doen.

Maar doorlopen leek me ook een beetje onaardig, dus naar binnen maar.

“Wat komt u eigenlijk doen, want ik ben dat vergeten, komt u soms de verwarming bijvullen?”

“Nee mevrouw ik….”ze liet me niet eens uit praten.

“Wilt u me even zeggen wat u aan het doen bent, want dat kan ik niet goed zien”.

“Nou mevrouw ik probeer u steeds te vertellen dat ik hier niet moet zijn maar dat ik….”,en weer liet ze me niet uit praten.

“Nu gaat u zeker weer vertellen dat u huisvuil aan het ophalen bent huismeester, maar denk niet dat ik het persoonlijk bedoel, maar als je oud wordt denken de mensen al snel dat je dement bent en dat je het allemaal niet  meer kan volgen, maar ik ben alleen maar een beetje in de war omdat ik mijn bril kwijt ben”.

De verwarming had ik al bijgevuld bij haar dus dat was geen optie, dus wat moest ik nu, maar mevrouw gaf zelf de oplossing.

“Voordat u de verwarming bijvult kijkt u toch eerst op het metertje of het nodig is, huismeester?”

Dus naar de badkamer en kijken op het metertje en die stond natuurlijk goed.

De oplossing!

“Het metertje staat goed mevrouw, dus ik hoef niet bij te vullen”.

“Dat is mooi makkelijk huismeester, dan bent u snel klaar”.

“Maar nu u toch hier bent, kan u  dan meteen even de vuilniszak mee naar buiten nemen, want die komt u toch vandaag ophalen?”

 

groetjes, de oudjeswachter.